Monday, November 29, 2004

Woensdag, 24 november 2004

Sinds vrij kort heeft United Airlines een dagvlucht naar London Heathrow vanaf Washington Dulles Airport. Toen we het plan kregen naar Londen te gaan tijdens de 4 Thanksgiving dagen, leek ons dat de ideale vlucht om te nemen. Dus hielden we de kinderen thuis van de toch al verkorte schooldag voor Thanksgiving en begaven ons om 6 uur ’s ochtends op weg naar het vliegveld. Dit zou de drukste reisdag van het jaar worden, met record reizigers aantallen sinds 11 september 2001, dus we waren blij een vrij vroege vlucht te hebben.

Desalniettemin was het zo vroeg in de ochtend al flink druk op weg naar het vliegveld. Onze vlucht zou om 9:30 vertrekken, dus we hadden zeeen van tijd. Voor internationale vluchten proberen we 3 uur voor het vertrek op het vliegveld te zijn.

We parkeerden de van bij de valet parking. Onze auto werd dus voor ons geparkeerd. Dit is een stuk duurder, dan de gewone parking, maar bij Dulles scheelt het enorm in de afstand tot de terminal, vooral als je, zoals wij, ontzettend veel baggage hebt. Voor korte reizen vinden we het ideaal.

Omdat Rick een United Airlines Premiere frequent flyer is mochten we bij de business class balie inchecken. Dit scheelde natuurlijk enorm veel tijd, want de rijen bij de “gewone” balies waren ellenlang. Ook de rij voor de veiligheidscontrole bleek heel erg mee te vallen en na een kort ritje in de “people mover”, een vreemd uitziend busje op hoge poten, dat je van de ene naar de andere terminal rijdt, waren we een half uur na aankomst al bij de gates.

Dit betekende natuurlijk, dat we nog tweeeneenhalf uur moesten wachten voor we zouden vertrekken. Helaas heeft Dulles niet zoveel leuke winkeltjes als op andere vliegvelden, dus winkelen daar is saai.

Gelukkig had Rick een gratis toegangspas voor de Red Carpet Club van United. Bij deze club kun je in heerlijke stoelen wachten op je vlucht, terwijl er drankjes en lichte hapjes gratis te verkrijgen zijn. We ontbeten met de appels, bananen en mini bagels met cream cheese daar.

Al heel snel was het tijd op te boarden. Ons vliegtuig was een moderne 767 met televisieschermpjes in iedere stoel leuning. Rick was nog even teleurgesteld, dat het geen 747 was, maar die zou eigenlijk minder luxueus zijn, zoals op de terugweg zou blijken.

Bij het voorstellen van de bemanning werd ook gezegd, dat er Nederlands werd gesproken aan boord. Met het uitdelen van de douaneformulieren zag ik de Nederlandse vlag op het lapel van de mannelijke flight attendant. Ik vroeg hem of hij Nederlands was. Natuurlijk beaamde hij dat, maar later sprak hij me in de galley aan en bleek, dat zijn vader Nederlands was, zijn moeder Amerikaans en dat hij zelf nooit in Nederland had gewoond. Ik heb hem heel terecht gecomplimenteerd met zijn heel goede beheersing van de Nederlandse taal. Ik weet uit ervaring met mijn kinderen (die goed Nederlands spreken, maar perfect zou nog een stap hoger zijn) hoe moeilijk het is om perfect Nederlands mee te geven aan mensen, die zelf nooit in het land gewoond hebben of zullen wonen.

Toen ik de reservering voor deze vluchten maakte op Expedia.com wilde ik kindermaaltijden reserveren voor de 3 kinderen. Om de een of andere reden werd Saskia’s maaltijd een Kosher maaltijd. Zeker 3 weken geleden heb ik hier Expedia over opgebeld en er werd me verzekerd, dat het veranderd was. Toen ik twee dagen voor vertrek voor de zekerheid United opbelde, werd me daar ook verzekerd, dat er 3 kindermaaltijden geboekt waren.

Groot was onze (en de flight attendants!) verbazing, toen er toch een kosher maaltijd voor Saskia aan boord kwam. Gelukkig was Katja bereid om een gewone maaltijd te nemen en ging de kosher maaltijd ongebruikt terug. Ikzelf kreeg een low fat meal, terwijl ik een fruit platter had gevraagd. Maar die maaltijden waren wel lekker, met uitzondering van de veel te zoete Snackwells koekjes als dessert!

Al met al was de vlucht een plezier en we landden precies op tijd op Londen Heathrow. Daar stond onze baggage al klaar, want als United Premiere klant worden je koffers ook snel van de vlucht gehaald. Het loont echt om een heel frequent flyer te zijn met deze maatschappij! Jammer, dat het Rick volgend jaar waarschijnlijk niet zal lukken deze status te bereiken, (aan de andere kant is hij dan ook vaker thuis bij ons, dat is ook iets om blij mee te zijn).

Na een snelle paspoort controle (door een wc stop was de rest van ons vliegtuig er al doorheen) stonden we buiten. Daar kwam een Pakistaans uitziende man in pak op ons af en vroeg of we een taxi nodig hadden. Dat hadden we natuurlijk, maar Rick had gehoopt op een van die leuke zwarte Londen taxi’s. Het was al laat en we hadden heel wat baggage en de man zie ons, dat hij een Volvo stationwagon had, die dat allemaal wel kon herbergen. Na het overeenkomen van de prijs hebben we zijn aanbod toch maar aangenomen en alles in de Volvo gepropt.

Een uurtje later checkten we in de bij Novotel Waterloo. We kregen twee aangrenzende kamers toegewezen op de derde verdieping. Dit hotel was een goede keus, niet alleen vanwege de ligging (meteen over de brug lagen de Houses of Parliament en we konden de Victoria Tower en de top van Big Ben uit ons raam zien), maar ook omdat de kamers lekker groot waren, met ieder plaats voor 4 personen.

Nadat we gauw uitgepakt hadden, hadden we toch nog wel honger. In Londen was het inmiddels 23:30, maar voor ons gevoel natuurlijk pas 18:30, avondetenstijd dus. Gelukkig had het hotel een pub, the Flag and Whistle, waar niet alleen de kinderen welkom waren (later zouden we merken, dat kindvriendelijke restaurants in Londen een uitdaging zijn om te vinden!), maar waar men ook nog bereid was wat sandwiches klaar te maken.

Om 2 uur ’s ochtends donderdag Londen tijd lagen we eindelijk moe genoeg in bed!

Donderdag, 25 november, 2004

Thanksgiving thuis, maar wij merkten er niets van! Om kwart voor 10 stond ik op en deed mijn ochtendgymnastiek (wat klinkt dat ouderwets, maar ik kan er geen beter woord voor bedenken) . Om 10 uur maakte ik de rest van de familie wakker en net voor elven gingen we op pad. Toch niet slecht, met 5 uur jet lag, die dag vlucht is een uitkomst!

Op advies van de baliemedewerkers in het hotel liepen we de richting van station Waterloo op om te gaan ontbijten. Volgens hen waren er op “Lower Marsh” wel restaurants te vinden. En inderdaad, we vonden er een tentje waar ze lekkere vette Engelse ontbijten verkochten. Ik had sausage, bacon, gegrilde tomaten en ei met wat toast. Het zal niet de annalen ingaan als het beste ontbijt ooit, maar ik had uren erna geen honger meer, dat wil ook wat zeggen!

Als eerste besloten we de omgeving van de Houses of Parliament te verkennen. Over Westminster Bridge liepen we naar Big Ben, waarvan we natuurlijk allerlei foto’s hebben, en van daaruit naar Westminster Abbey.

Deze abdij is zo mooi en zo interessant en zo vol geschiedenis, dat ik, dol op de Engelse geschiedenis, vooral ten tijde van Hendrik VIII en Elizabeth I, er wel een dag zou kunnen doorbrengen met het lezen en zien van alle graven en glas in lood. Helaas reisde ik met een gezelschap, dat aan de ene kant (Saskia) al die graven en beelden van dode koninginnen maar eng vond en aan de andere kant (Katja) er zo snel mogelijk doorheen wilde lopen en die alleen even geinteresseerd was in Mary en Elizabeth’s graven. Gelukkig vond ik in Kai een compagnon, hij deed er zelfs nog langer over dan ik om uit de grafkamers te komen.

Al met al hebben we toch een uur of twee in de abdij doorgebracht. Eenmaal weer buiten was het zowaar helemaal opgeklaard en konden we foto’s nemen van de Abbey en Big Ben met mooie blauwe lucht op de achtergrond.

De zon deed weinig om op te warmen en het was waterkoud. Ik kocht bij een straatstalletje handschoenen. De kinderen leken nergens last van te hebben, die liepen gewoon in hun sweaters rond, terwijl ik aan een skijack nog niet genoeg had!

Toch een beetje van slag door de jet lag en het late ontbijt aten we pas om 3 uur lunch bij een van de Wetherspoon pubs, de enige pubs, die families leken te verwelkomen. Ook in Engeland zijn de panini’s populair (bij ons ook), dus bestelden we deze geroosterde stokbroodjes met ham en kaas. Een pint van Shandy smaakte er heel goed bij!

Gesterkt door de maaltijd begonnen we aan een flinke wandeling. Via Trafalgar Square, waar de kinderen nog best langer op de leeuwen hadden willen klimmen, en Leicester Square, waar Rick herinneringen ophaalde aan de vele keren, dat hij daar naar de film is gegaan, bereikten we Regent Street.

Inmiddels begon het al te schemeren en kregen we dus een mooi zicht op de Kerst verlichtingen boven de straat. Disney moet daar heel wat aan uitgegeven hebben, want om de zoveel meter hangt een geheel verlichte afbeelding van de hoofdfiguren in de “Incredibles”. Om en om is het ene panel blauw met witte sterren en het volgende een van de “Incredibles”, wel erg leuk.

Rick had Saskia intussen al lekker gemaakt (en ook, ahem, omgekocht, want wat we tot dan toe gedaan hadden was niet leuk voor haar) voor Hamley’s, de enorme speelgoedwinkel met 7 verdiepingen aan Regent Street. Natuurlijk waren de andere kinderen hier ook wel voor te vinden en zelfs mijn vierde “kind”, Rick, kon niet wachten tot hij de speelgoedautootjes zag.

Het leuke in Hamley’s is, dat er nieuwe speeltjes gedemonstreerd worden. Een ervan, Astrojax, fascineerde ons allemaal. Het zijn 3 ballen, die blauw oplichten, aan een touwtje. De manier waarop de kinderen ermee spelen doet me denken aan de klikkers van vroeger. In ieder geval overtuigde de Hamley’s medewerker ons ervan, dat we deze speciale blauwe lichtjes ballen niet in de VS zouden kunnen krijgen en dus zullen onze kinderen de trendsetters van de buurt zijn (als we hem moeten geloven). Saskia heeft de komende dagen al heel wat mensen tegen de schenen geslagen ermee (per ongeluk natuurlijk), dus een succes is het zeker.

Vlak naast Regent Street ligt Carnaby Street, wat in de jaren 70 en 80 een heel hippe straat was. Ik wilde daar graag nog eens gaan kijken, maar het viel me erg tegen. Het is er nog wel trendy, maar niet zoals ik het me herinner.

Omdat we inmiddels al door hadden, dat het met kinderen ’s avonds moeilijk eten is in Londen, aangezien vrijwel alle pubs na 17 of 18 uur alleen toegankelijk worden voor volwassenen, zochten we op Oxford Street naar een boekenwinkel om een boek over Londense restaurants te kopen. We vonden na een heel eind lopen nota bene het Amerikaanse Borders, maar ze hadden precies wat we zochten plus Ricks favoriete Britse stripboeken: Beano en Dennis the Menace.

We zochten uiteindelijk het restaurant “Circus” uit om te gaan eten en namen er een taxi heen, want onze voeten voelden we inmiddels goed! Het bleek een heel modern en ontzettend lekker restaurant te zijn, maar ook flink prijzig! Voor ons bleken de prijzen in ponden ongeveer te zijn, wat wij in dollars zouden betalen, wat alles dus twee keer zo duur maakte!

Maar het eten was er ook naar! Heerlijke grote oesters, daarna een perfect gegrilde tonijn steak en toen een meringue, waarvan ik er wel tien op zou kunnen. Laat Rick het niet lezen, maar dit was een heel wat beter Thanksgiving maal, dan de gewoonlijke turkey met stuffing! Met volle buiken namen we een taxi terug naar het hotel, waar we al vrij snel gingen slapen, op gewone Londense tijd. Deze jet lag was al heel gauw over!

Vrijdag, 26 november 2004

Gisteren had ik al gebeld met mijn (Nederlandse) email vriendin Rajna, die vlakbij Londen woont met haar gezin. Zij bood aan om met haar zoontje naar ons hotel te komen om elkaar te ontmoeten. We spraken rond 10 uur af.

Omdat we allemaal toch wat later wakker waren, dan gepland, besloten we ontbijt te gaan eten in het restaurant van het hotel. Dit was een lekker en uitgebreid buffet, maar omdat we er 15 minuten voor sluiting kwamen, was veel al op en mochten we slechts een keer gaan. Gelukkig was dat voor iedereen genoeg en inmiddels hadden we Rajna en Toti ook gevonden.

Het plan was om met zijn allen naar Buckingham Palace te gaan lopen, Rick als reisleider voorop. Rajna en ik konden het in persoon ook zo goed met elkaar vinden, dat we al meteen diep in gesprek waren. We lieten daardoor al het navigeren aan Rick over, maar uiteindelijk belandden we bij het Paleis.

We hadden “geluk”, want ook al waren we er op een dag waarop er geen officiele wisseling van de wacht zou plaatsvinden, we waren er precies op tijd voor de een of andere mini wisseling van de wacht. De wachten stonden wel zo ver weg, dat je er bijna een verrekijker voor nodig had en het paleis zelf is ook niet echt mooi. Dus liepen we, na een paar foto’s van de wel heel mooie fontein te hebben genomen, verder om een plekje te vinden voor een drankje. We vonden dat al gauw bij een Pret A Manger.

Gelaafd en wel volgden we Rick verder, die nu het originele Hard Rock Cafe op het programma had staan. Rajna en ik volgden blindelings, met lieve Toti in het wandelwagentje, want we hadden zoveel te kletsen en maar zo weinig tijd samen! Ik vond het heel leuk om weer eens heerlijk Nederlands te kletsen en zoveel raakvlakken te vinden, die ik toch vaak met Amerikaansen, hoe goed bevriend ook, niet heb. Denk alleen al aan Barbapappa, waar we het even over hadden, die serie is volgens mij in de VS totaal onbekend.

In de winkel van het Hard Rock Cafe haalden vooral Rick en Katja hun hart op. Tot dan toe hadden we redelijk geluk gehad met het weer, maar nu begon het op zijn Londens te miezeren. Natuurlijk hadden mijn koppige kinderen geen van drieen een jas aan. Gelukkig hield deze bui na een paar minuten weer op en liepen we verder naar de Amerikaanse ambassade, waar Rick vroeger in de zomer gewerkt heeft.

Hij had gehoopt hier binnen te gaan, maar het was zo’n onneembare vesting met dranghekken en afzettingen geworden, dat hij daar maar vanaf zag.

Helaas moest Rajna hier afscheid nemen van ons, want ze moest weer op tijd terug zijn voor haar dochters als die uit school kwamen. We spraken af om misschien zondag met zijn allen naar de Tower of London te gaan. Ik kon er niet over uit hoe gezellig die paar uur met haar waren! Alsof ik een oude vriendin weer sprak. Zo zie je, dat je elkaar via het Internet goed kan leren kennen.

Inmiddels was de regen bewaarheid geworden, dus was het zaak ergens naar binnen te gaan. De keuze viel op Harrods, waar we met een taxi heengingen. Voor we naar Londen gingen waren we van plan zoveel mogelijk van de Tube gebruik te maken, maar in de praktijk bevonden we ons altijd net te ver van een station met vermoeide kinderen, die het lopen beu waren. De taxi’s, die voor ons gemaakt leken, met hun zitplaatsen voor 5 personen, waren natuurlijk altijd meteen aanwezig. Instant gratification noemen we dat in het Engels.

In Harrods namen we de mooie Egyptische roltrappen naar boven. Niet te geloven hoeveel geld Al Fayed in zijn winkel heeft gestoken! Je krijgt werkelijk het gevoel in Egypte te zijn. Net zo indrukwekkend zijn de zalen met produkten, het ene nog mooier (en duurder) dan het andere.

Op de derde verdieping wilden we “even” wat gaan drinken. Het was ons al opgevallen, dat de bediening in Londen wat minder attent en snel is, dan wij het gewend zijn in ons op de klant gebaseerde land, we hadden echter geen haast, dus een flinke portie geduld. Maar dit cafeetje sloeg toch alles! Na een kwartier compleet genegeerd te zijn, heb ik maar eens om een menu gevraagd (Rick weigert dat te doen, waardoor hij helemaal in het niet verdwijnt in de ogen van bedienend personeel. Ik ben wat dat betreft veel haaiiger, vast dankzij mijn Nederlandse opvoeding.)

We kregen een menu, dus dacht ik, dat we nu wel op het radarscherm van de serveerster aanwezig zouden zijn. Maar niets was minder waar. We werden nogmaals een kwartier genegeerd, waarop we het maar opgaven en met droge kelen verder winkelden. Veel van de bediening in de restaurants is overigens niet Brits, maar veelal Oost-Europees.

Nadat Katja en ik nog de slappe lach hadden gekregen om een zingende Indiase man in de speelgoed afdeling, hielden we Harrods voor gezien en begaven ons naar de “Queen’s grocer” Fortnum and Mason, waar, volgens onze Fodor’s reisgids, een heerlijke traditionele thee werd geserveerd.

We hadden geluk, want we konden zonder reservering aan een tafel plaatsnemen. Toen we net zaten zag ik de serveerster met een andere serveerder praten en lachen en naar ons wijzen. Het restaurant was heel chique, met porseleinen servies en iemand, die aan de vleugel klassieke muziek speelde. Ik vond dat gedrag van de serveerster niet erg gepast, maar dacht, dat ik het misschien verkeerd begrepen had.

De man, met wie ze zo lachte, kwam lacherig onze bestelling opnemen. Hij bleek wat Nederlands te praten (maar was het zelf niet) en deed ronduit onbeschoft tegen Rick, omdat hij meende, dat die (nota bene!) in het Nederlands zijn bestelling plaatste. Heel vreemd allemaal, het maakte, dat we ons niet op ons gemak voelden.

De thee en de bijbehorende sandwiches, scones en taartjes smaakten gelukkig zo lekker, dat we nog wat meer wilden bestellen. Ditmaal was onze ober in geen velden of wegen te bekennen, dus sprak Rick uiteindelijk de serveerster aan om een tweede bestelling scones te vragen. Op zeer onbeschofte toon deelde ze ons mede, dat we daar wel voor zouden moeten betalen (we verwachtten niet anders!).

Of het nou was omdat ze meenden, dat we Nederlands waren en ze slechte ervaringen hadden met Nederlanders (wat onze indruk was) of omdat ze gewoon onbeschoft waren, het deed wel af aan wat een leuke en gezellige, ouderwetse thee in Engeland had moeten zijn! Vandaag werd dus de dag van de slechte bediening. In ieder geval was het eten inderdaad voortreffelijk en daar waren we voor gekomen.

Voldaan liepen we naar Leicester Square, waar het een gezellige drukte was. We hadden toch geluk met het weer, want we hebben het voornamelijk, op de enkele bui na, droog gehouden en zelfs nog wat zon gezien. Op een terrasje onder een verwarmende lamp dronken we wat, terwijl we luisterden naar de Zwitserse “koekoeksklok”, die in het groot net zo’n muziekje laat zien als een gewone koekoeksklok.

Na wat souvenirs gekocht te hebben, waaronder natuurlijk een “Underground” bordje en een t-shirt met een kaart van de Tube, gingen we op zoek naar een restaurant. Dat bleek nog moeilijk te zijn, maar na vele “adults only” plekjes streken we neer in een Angus Steak House. Daar hadden ze een ontzettend lekkere wortelsoep en garnalencocktail.

Op de terugweg namen we voor het eerst de Tube naar Waterloo station en liepen van daar naar het hotel.


Zaterdag, 27 november 2004

Zaterdagochtend begon lekker zonnig, dus leek het ons logisch om met de London Eye, het enorme rad, te beginnen. Hoewel de poging er voor openingstijd te zijn mislukte, was het toch pas tien voor tien, toen Rick in de rij ging voor kaartjes. Een vriendelijke toerist gaf ons een van zijn ongebruikte kaartjes, omdat een lid van zijn groep niet naar boven had gedurfd. Dat scheelde toch weer even bijna twaalf pond!

We kregen kaartjes voor 11:30, genoeg tijd dus om even ontbijt te gaan eten. Even verderop zagen we heerlijke versgemaakte Belgische wafels, waar we ons met graagte aan tegoed deden.

De rij voor de Eye leek heel lang, maar ging heel snel, waardoor we om kwart voor twaalf omhoog gingen in een grote capsule met zo’n 15 anderen. Het uitzicht was prima en Rick had twee kaarten gekocht, waarop we konden zien waar de bekende bezienswaardigheden lagen. De rit duurt 25 minuten, maar het leek veel sneller te gaan, voor we het wisten stonden we weer buiten.

Omdat wij niets hadden aan twee bezienswaardigheidskaarten, die ieder toch 3 pond kostten, dacht ik ook eens een goede daad te doen en een ervan gratis aan te bieden. Tot mijn verbazing weigerde de een na de ander de kaart, tot Rick me erop wees, dat ze waarschijnlijk dachten, dat ik hem probeerde te verkopen. Eindelijk vond ik een Engels stel, dat er maar wat blij mee was. Het was wel een interessante studie van de mensheid, ik besloot ter plekke nooit brochures te gaan verkopen!

Tijdens het ontbijt had ik gauw tickets gekocht voor de Big Bus, die een dubbeldekker tour verzorgd. We stapten op bij de Westminster Bridge en namen de route langs de Tower of London. De anderen vonden het te koud om op het bovendek te zitten (nog steeds waren ze naar mijn gevoel veel te licht gekleed), maar ik ging wel, want het uitzicht was er veel beter.

Een uurtje later zijn we bij Charing Cross station, waarvandaan Harry Potter via spoor 9 ¾ naar Hogwarts vertrok. Je schijnt die muur te kunnen zien, maar na lang zoeken waren we er nog niet achter waar die was, dus hebben we de speurtocht maar opgegeven.

In een heel rokerige pub hebben we heerlijk Engels voedsel besteld. Ik had steak and kidney pie, die toch lekker stevig was. Rick heeft deze week zoveel fish and chips gegeten, volgens mij eet hij dat zeker een jaar niet meer!

Zoals altijd als ik in Europa ben, vind ik bepaalde mode trends daar leuk. Zo had Rajna een lange jas aan, die wel met dons was gevuld, maar niet zo dik als degenen, die ik altijd in de VS zie. En in de tube zag ik veel vrouwen met hele leuke laarzen. Ook Katja zag een middagje shoppen wel zitten.

Rick wilde op zoek naar het huis, waar zijn ouders vroeger woonden, dus hij nam de jongste twee mee op speurtocht. Katja en ik begonnen in Selfridge’s, maar dat bleek al gauw veel te luxe en duur te zijn. Bij Dorothy Perkins slaagde ik wel met een paar leuke suede laarzen.

Helaas voor Rick vonden ze het oude huis niet en keerden ze al gauw met de dubbeldekker terug. We ontmoetten elkaar weer bij de Disney Store, Katja een jas rijker en ik een paar laarzen. Toch had ik echt mijn zinnen gezet op een jas, hoewel we in 5 warenhuizen nog niets van mijn gading hadden gezien. Voordat we verder gingen zag Rick nog een gezellig autoloos winkelstraatje en hij stelde voor, die af te lopen. Tot mijn verbazing zag ik hem daar opeens, in een heel klein Italiaans schoenenwinkeltje nog wel, hangen: mijn jas. En ook niet te duur, dolblij ben ik ermee!

Om 18 uur hadden we met een Britse collega van Rick afgesproken wat te gaan drinken. Omdat wij natuurlijk helemaal niet bekend waren in Londen, liet hij het aan Steve over iets te vinden, waar kinderen binnen mochten. Hij zei Rick de tube te nemen naar Chancery Lane in het zakencentrum van de stad. Daar instrueerde hij ons naar een pub te gaan, die Knights Templar heette, wederom een Wetherspoon pub. Helaas bleek die gesloten vanwege een prive feestje.

Niet getreurd, Fred, de vriend van Steve, die ook mee was, kende de buurt goed en wist wel een ander plekje. Maar het was zaterdagavond en de City of London was uitgestorven. Een pub was gesloten en een ander liet weer geen kinderen toe. Net toen we, na toch weer een aantal mijlen lopen, de moed wilden opgeven, doemde er nog een Wetherspoon pub voor ons op.

We vonden een tafeltje, maar moesten eigenlijk avondeten bestellen om daar te mogen zitten. Niemand had nog honger, dus probeerden we eerst stiekem die regel te ontduiken. Bij het tweede drankje lukte dat niet meer en hebben we wat voorafjes besteld. Tegen die tijd moesten Steve en Fred toch weg uit eten met hun vriendinnen. Het was een leuk stel, heerlijk, die Engelse humor! We hebben heel wat afgelachen.

Op hun aanraden gingen wij proberen om bij Belgo Centraal te gaan eten, een Belgisch restaurant in Covent Garden. We waren niet de enigen, die op dat idee waren gekomen en de wachttijd voor een tafeltje was maar liefst twee uur!

En een paar minuten later realiseerde Rick zich, dat hij zijn fototoestel in de taxi had laten liggen! Paniek, want hij is al eerder zo'n toestel verloren en natuurlijk staan er ook leuke foto's op. Geen van ons allen had gekeken naar het taxi nummer, maar een andere taxi chauffeur, aan wie Rick om een telefoonnummer vroeg, zei, dat er een centraal punt van "lost and found" is. Hopelijk vindt de taxi chauffeur de camera en geen passagier, die hem zelf inpikt! Er schijnt een "finder's fee" te zijn om aan te moedigen, dat zulke dingen ook weer teruggegeven worden. Rick belt nu iedere dag met de politie en de taxi centrale, hopend, dat hij toch gevonden is.

We hadden natuurlijk helemaal geen zin om zo lang op een tafeltje te wachten en met de schrik van de verloren camera al helemaal niet (helaas, want de frieten zagen er perfekt uit, ik had zin om er een paar van iemands bord te pakken!). Uiteindelijk, na veel zoeken, want alles was of vol of liet geen kinderen toe, kwamen we bij een gezellige pub terecht met een apart restaurant boven. Dit keer heb ik een Ploughman’s platter geprobeerd, met Cheddar kaas, crackers en vruchten.

Zondag, 28 november 2004


Om negen uur stonden we op, want we zouden Rajna en haar familie om 11 uur bij de Tower of London ontmoeten. Ze belde aanvankelijk op om te zeggen, dat het toch niet zou lukken, omdat haar zoontje ’s nachts koorts had gekregen. Gelukkig knapte hij binnen het uur dusdanig op, dat ze terugbelde, dat ze alsnog kwamen.

Per taxi gingen we naar de Tower. Ik had al gevoeld, dat het weer flink kouder was geworden en het zag er somber uit. Tot Ricks ergernis pakte ik 4 paraplus in zijn rugzak en nam Saskia’s jas mee. Gelukkig droeg Katja haar nieuwe donzen jas, maar Kai weigerde extra kleding. Die moet het goed koud gehad hebben in zijn sweater met capuchon!

Net buiten het Tower complex vonden we een restaurantje, waar we scones met clotted cream en jam aten. Het is maar goed, dat wij niet veel clotted cream in huis hebben, want daar kan ik nu potten van opeten!

De rij voor de tickets leek lang, maar duurde uiteindelijk maar tien minuten en om half twaalf liepen we met zijn tienen de Tower binnen. De kinderen waren vooral gefascineerd door de onthoofdingen, die in dit complex hebben plaatsgevonden. Ook Rajna’s dochters vonden dat zeer interessant.

De Bloody Tower, waar een 10 en een 12 jarig prinsje naar verluid zijn omgebracht door hun oom, speelde ook erg in op de verbeelding. Saskia was er wat bang van, terwijl 6-jarige Arianna het allemaal prachtig vond.

Voor een tour met een Beefeater vonden we het helaas te koud. Maar ook zonder hebben we heel wat gezien.

Na de Bloody Tower zagen we de kroonjuwelen, die zo indrukwekkend mooi zijn, dat Saskia er wel twee keer naar wilde kijken (mocht niet, iedereen werd er heel efficient langs geloodst op een automatische band, zodat je niet kon blijven staan kijken).

Al dat geschitter had ons hongerig gemaakt en het cafe in de Tower was vlakbij de juwelen. Tot onze verbazing vonden we een tafel groot genoeg voor alle tien en ook het eten was er veel lekkerder, dan ik van zo’n cafe had verwacht. Er was warm eten, zoals stews en pasta en sandwiches.

Het was vreselijk leuk dit alles met een andere familie te doen. Rajna’s kinderen zijn maar liefst drie talig, haar man is Italiaans. En ze spreken alle drie de talen goed, fantastisch om te zien en horen! En kleine Toti deed het ondanks zijn ziek zijn prima.

Aanvankelijk had Rajna na de lunch naar huis gewild, maar er waren nog grote delen van de Tower, die we niet gezien hadden en iedereen vermaakte zich zo goed, dat ze toch nog even verder mee gingen.

De volgende stop was de White Tower, waar alle wapens opgeslagen lagen. Een heel indrukwekkende verzameling van lansen, harnassen en andere wapens. Vooral de martelwerktuigen maakten indruk op de kinderen!

Ook de winkel, die erbij hoorde werd door iedereen erg leuk gevonden. Eenmaal weer buiten maakten we een korte wisseling van de wacht mee. In tegenstelling tot de heel serieuze ceremonie, die we in de VS zien, werd er hier rustig door de wachten gelachen, leuk!

Alles heeft wel zo’n indruk gemaakt op Saskia, dat ze de virtuele tour van de Tower, die ik voor ons weggaan voor haar had uitgeprint, helemaal heeft uitgelezen.

Maar nu was het moment van afscheid dan toch gekomen. Rosario en Rajna wilden nog naar Hamley’s met de kinderen en dat stond niet op ons programma (hoewel Saskia graag nog eens gegaan was!). Hopelijk leidt deze ontmoeting tot nog meer correspondentie en zullen we hen ooit in Washington kunnen rondleiden. Zulke internet ontmoetingen blijven bijzonder en leuk!

Wij hadden de Tower ook wel gezien en wilden over de Tower Bridge lopen, voor het donker werd. We realiseerden ons helemaal niet hoeveel vroeger het in Noord-West Europa donker wordt, dan bij ons! Ook ’s ochtends wordt het veel later licht, de dag is in de winter echt een heel stuk korter. De Tower Bridge is indrukwekkend en een goed foto onderwerp, maar terwijl we de brug overstaken, begon het te plenzen. Was ik even blij, dat ik die paraplus in de tas had gepropt! Iedereen was me nu maar wat dankbaar!

Rick wilde heel graag ook nog naar Speaker’s Corner in Hyde Park, waar op zondagmiddag willekeurige mensen op hun “soapbox” oreren. De uitdrukking “on my soapbox”, als je je ergens druk om maakt, komt daar vandaan. Ondanks, dat het al donker was en regende, stonden er nog zeker tien mensen luid hun meningen te verkondigen. Uiteraard vonden de kinderen hier helemaal niets aan en na 5 minuten in de kou hadden we het wel gezien.

Vroeger heeft Ricks zusje bij het Chicago Pizza Factory restaurant gewerkt en Rick heeft daar dus regelmatig gegeten. Toen ik voor het laatst in Londen was, tien jaar geleden, heb ik nog een menu daarvandaan voor hun beiden meegenomen. Speaker’s Corner bleek redelijk dichtbij het adres van dit restaurant te liggen. Via een heel drukke Oxford Street, waar de winkels vanwege de Kerst ook op zondag open waren, vonden we de plek waar het restaurant ooit was. Helaas, het heeft het niet overleefd en het pand stond leeg.

Omdat we nu wel zin hadden gekregen in een pizza snack doken we een nabij gelegen Deep Dish Pan Pizza restaurant in. Daar dronken we lekkere hete chocola met Smarties en marshmallows en aten knoflookbrood met kaas.

Katja en ik waren de hele tijd nog niet in een dubbeldekker bus geweest, dus namen we die van Oxford Circus naar Trafalgar Square. We zaten helemaal voorin op het bovendek, wel een leuke ervaring, moet ik zeggen.

Van daar liepen we langzaam richting Cafe Fish, een goed aangeschreven vis restaurant in het theaterdistrict, waar we eerder op de dag heen hadden gebeld om een tafel te reserveren. Op de laatste avond van ons verblijf hadden we het eindelijk door, dat dat de manier is om van een lekkere etensplek verzekerd te zijn!

Onderweg kwamen we langs een Tesco supermarkt, waar we vooral chocolade repen insloegen. Vooral Rick is dol op de Europese Mars, die in de VS Milky Way heet en anders smaakt.

Bij Cafe Fish bestelde ik een salm en kabeljauw kroket met spinazie en toe mijn favoriete Engelse toetje: sticky toffee pudding with caramel sauce. Om je vingers bij af te likken!

In het hotel pakten we gauw onze koffers in en dronken Rick en ik nog een “night cap” bij de pub waar dit avontuur begon: the Flag and Whistle in het hotel.

Maandag, 29 november 2004

Om 7 uur ging de telefoon voor onze wake up call en een uur later stapten we in de taxi. Tot onze grote verbazing paste al onze baggage in een taxi. De taxi’s hebben geen achterbak, maar een klep, waar twee koffers tussen gingen (gelukkig regende het niet!). De rest paste naast de chauffeur en onder de uitklapbare stoelen.

De rit naar Heathrow duurde iets minder dan een uur en ook het inchecken en door de veiligheidscontrole gaan verliep voorspoedig. De terminal waar we moesten wachten op onze vlucht zat vol met winkels, inclusief de grootste duty free winkel, die ik heb gezien. De paar uur kwamen we dus zo door.

De thuisvlucht ging snel, want ik heb dit verslag geschreven en op dit moment zijn we een uur vliegen van Washington verwijderd. Helaas is deze reis weer een heel leuke herinnering, Londen heeft onze interesse in een langere vakantie naar Groot Brittannie zeker aangewakkerd!